Trigger
Voor wie?
In de lagere school zien we de laatste jaren vaker kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong. Dat zijn niet altijd alleen de hoogbegaafde kinderen. We richten ons project naar al wie zich verveelt in de klas omdat leerstof te vaak uitgelegd wordt en sneller verwerkt wordt dan bij de klasgenoten.
Op school geeft men vaak compenserende maatregelen zoals ‘je moet niet alle oefeningen maken, alleen de moeilijkste’ of ‘je mag in een extra denkmap werken met uitdagend materiaal’. In sommige scholen wordt gebruik gemaakt van een klasje (kangoeroe) dat leerjaar-overschrijdend aan de slag gaat met denkstimulerende opdrachten. Maar dat is nog lang niet overal zo en soms is het voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong niet voldoende. Ze vragen meer.
Tegelijk zien we dat die kinderen het te gemakkelijk hebben om leerstof op te nemen en dus geen studiemethode ontwikkelen. Dat wordt voor hen vaak een valkuil in het secundair onderwijs. Bovendien hebben ze het moeilijk met werkhouding en soms ook met sociale vaardigheden.